24 februari 2019

Les 55. Herhaling les 21 - 25.




De herhaling van vandaag houdt het volgende in:

1. (21) Ik ben vastbesloten de dingen anders te zien.


Wat ik nu zie, zijn slechts de tekenen van ziekte, rampspoed en dood. Dit kan niet zijn wat God voor Zijn geliefde Zoon geschapen heeft. Alleen al het feit dat ik zulke dingen zie, is het bewijs dat ik God niet begrijp. Daarom begrijp ik ook Zijn Zoon niet. Wat ik zie, zegt mij dat ik niet weet wie ik ben. Ik ben vastbesloten de getuigen te zien van de waarheid in mij, in plaats van degene die mij een illusie van mezelf tonen.

2. (22) Wat ik zie is een vorm van wraak.


De wereld die ik zie, is beslist niet de weergave van liefdevolle gedachten. Ze is er een beeld van hoe alles alles aanvalt. Ze is allesbehalve een weerspiegeling van de Liefde van God en de Liefde van Zijn Zoon. Het zijn mijn eigen aanvalgedachten die dit beeld doen ontstaan. Mijn liefdevolle gedachten zullen mij verlossen van deze waarneming van de wereld, en mij de vrede geven die God voor mij heeft bestemd.

3. (23) Ik kan aan deze wereld ontsnappen door aanvalgedachten op te geven.


Hierin, en in niets anders, ligt verlossing. Zonder aanvalgedachten zou ik geen wereld vol aanval kunnen zien. Wanneer vergeving mij weer bewust laat worden van liefde, zal ik een wereld van vrede, vreugde en veiligheid zien. En dít verkies ik te zien in plaats van datgene waar ik nu naar kijk.

4. (24) Ik zie niet wat mijn hoogste belang is.


Hoe kan ik mijn hoogste belang onderkennen wanneer ik niet weet wie ik ben? Wat ik meen dat mijn hoogste belang is, kluistert me alleen maar meer aan de wereld van illusies. Ik ben bereid de Gids te volgen die God mij gegeven heeft om te ontdekken wat werkelijk mijn hoogste belang is, omdat ik inzie dat ik dit niet uit mezelf kan zien.

5. (25) Ik weet van niets waartoe het dient.


Voor mij is het doel van alles, te bewijzen dat mijn illusies omtrent mezelf werkelijkheid zijn. Voor dit doel probeer ik alles en iedereen te gebruiken. En hiertoe geloof ik ook dat de wereld dient. Daarom herken ik haar werkelijke doel niet. Het doel dat ik aan de wereld gegeven heb, heeft tot een angstaanjagend beeld van haar geleid. Laat ik mijn denkgeest openstellen voor het werkelijke doel van de wereld, door het doel dat ik haar heb verleend terug te nemen en de waarheid over haar te leren.
Uit: Een cursus in wonderen, Werkboek les 55, Helen Schucman, Uitgeverij: Ankh Hermes.